Met de perikelen rondom de vorige lockdown in het achterhoofd, lopen de gemoederen weer hoog op bij het zien van de steeds toenemende besmettingscijfers. Het telkens versoepelen en weer aanscherpen van coronamaatregelen zorgt voor onduidelijkheid en onzekerheid, zeker voor veel ondernemers. Vooral ondernemers binnen de horeca- en evenementenbranche hebben sinds de uitbraak van Covid-19 al meermaals hun bedrijfsactiviteiten noodgedwongen moeten staken, met alle gevolgen van dien.
Door het coronavirus zag de gemiddelde ondernemer zijn omzet en financiële reserves fors dalen. Dit zorgt voor financiële onzekerheid met als gevolg het niet kunnen betalen van de vaste lasten. De kinderalimentatie kan hiervan onderdeel uitmaken wanneer een ondernemer onderhoudsplichtig is en daarvoor maandelijks aan zijn ex-partner een bijdrage in de kosten van verzorging en opvoeding van diens kind(eren) betaalt.
Tijdens de coronacrisis is de rechter al meermaals verzocht tot (tijdelijke) verlaging en/of nihilstelling van de kinderalimentatie als gevolg van het bovenstaande. Het honoreren van een dergelijk verzoek is echter – juridisch gezien – niet eenvoudig. Bij berekening van de draagkracht van een ondernemer wordt immers doorgaans uitgegaan van het gemiddelde van de winsten van de laatste drie jaren. Een ondernemer zal daarbij in ieder geval inzicht moeten verschaffen in zijn bedrijfsvoering door het overleggen van de laatste drie jaarrekeningen. Ook kan aansluiting worden gezocht bij eventuele winstprognoses voor de toekomst. Maar dit is nou juist tijdens een crisis als deze vaak niet representatief voor de ondernemer.
Door de wereldwijde coronapandemie heeft menig ondernemer immers zijn winst (vanaf) 2020 sterk zien teruglopen of zelfs zien wegvallen. Het telkens aanscherpen en versoepelen van coronamaatregelen draagt ook niet bij aan de stabilisering van de gemiddelde winsten over diens onderneming. Hierdoor schept een gemiddelde over de laatste drie jaren (bijvoorbeeld 2018, 2019 en 2020) niet langer een representatief beeld. Sterker nog, het is een reëel scenario dat het winst gemiddelde van de afgelopen drie jaren vele malen hoger uitvalt dan de werkelijke financiële (crisis)situatie van menig ondernemer.
Met deze gedachtegang in het achterhoofd heeft de Rechtbank in twee noemenswaardige gevallen afgeweken van bovenstaande maatstaf. Zie hiervoor de volgende uitspraken: ECLI:NL:RBGEL:2021:1100 en ECLI:NL:RBLIM:2021:3651 Hierdoor werd alsnog (tijdelijke) verlaging van de kinderalimentatie toegekend. In beide gevallen was de betreffende ondernemer werkzaam binnen de evenementenbranche. Ondanks deze toekenning werd overigens wel opgemerkt dat met toekenning van een (tijdelijke) verlaging moet worden rekening gehouden met de verwachting dat de coronacrisis op enig moment over zal zijn. Hierdoor kan dus ook worden bepaald dat de verlaging van de kinderalimentatie slechts tijdelijk van kracht is. Bij de einddatum wordt aansluiting gezocht bij de eventuele verwachting wanneer de coronacrisis over zal zijn. Verwijzend naar de oplopende besmettingscijfers is het einde van de coronacrisis echter – spijtig genoeg – nog niet in zicht.
Heeft de coronacrisis een grote economische impact op uw onderneming waardoor u niet langer de kinderalimentatieverplichting kunt nakomen? Gimbrere Advocaten kan u in dergelijke situaties adviseren. Neem gerust contact op met één van onze personen- en familierecht specialisten.